Impact van nachtverlichting op mens en biodiversiteit groter dan gedacht

Nachtverlichting verhoogt mogelijk de kans op overgewicht en mentale problemen. Dat stellen het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO) en PIH - Kenniscentrum Milieu en Gezondheid vast in twee literatuurstudies in opdracht van de vijf provincies en het Interprovinciaal Kenniscentrum (IPKC). Ook voor de biodiversiteit is de impact van nachtelijke verlichting groter dan gedacht.

Steden en gemeenten zijn verplicht om tegen 2030 om te schakelen naar ledverlichting. Die omschakeling is het moment om de juiste keuzes te maken en stil te staan bij invloed van kunstlicht op dieren, planten en mensen. Daarom vroegen de vijf provincies om de effecten van nachtelijke verlichting in kaart te brengen. Op basis van de resultaten werken ze een praktijkgids uit voor lokale besturen.

Dat kunstlicht 's avonds en 's nachts negatieve gevolgen heeft op onze slaap, is bekend. 's Avonds stijgt namelijk de hoeveelheid slaaphormoon melatonine in ons bloed zodat we voelen dat het tijd is om te gaan slapen. 's Nachts zorgt melatonine voor een goede nachtrust en herstelprocessen in het lichaam. Licht, en zeker blauw licht, verstoort de aanmaak van melatonine.

Verder blijken mensen die in een gebied met veel - vooral blauwe - nachtverlichting wonen mogelijk een verhoogde kans op borstkanker hebben. Melatonine zou immers ook eigenschappen bevatten die kanker tegengaan. De invloed op het melatonineniveau zorgt mogelijk ook voor meer kans op overgewicht en heeft een invloed op ons mentaal welbevinden, klinkt het nog.

Ook op dieren heeft nachtverlichting een effect. De voortplanting van glimwormen komt in gevaar omdat mannetjes de lichtsignalen van vrouwtjes niet opmerken. Vogels beginnen vroeger op de dag te zingen en leggen hun eieren vroeger in het seizoen wanneer er onvoldoende rupsen zijn om de kleintjes te voeden. Verlichte wegen vormen bovendien barrières in het landschap. Zo blijkt uit Fins onderzoek dat de rivierprik, een zeldzame vissoort die ook in België voorkomt, zijn trek stopt omwille van een verlichte brug boven zijn migratieroute.

Er zijn dus wel degelijk negatieve gevolgen, maar niet alle types verlichting hebben hetzelfde effect en niet elke diersoort ondervindt dezelfde negatieve gevolgen.

Daan Dekeukeleire van het INBO wijst erop dat er geen oplossing is die voor alle lokale besturen zal werken. Ze moeten verschillende factoren in overweging nemen, zoals het veiligheidsgevoel van hun inwoners. Hij geeft een aantal vuistregels mee. "In woongebieden de lichten dimmen of doven waar en wanneer het kan, zo veel mogelijk kiezen voor rood of amberkleurig licht en rekening houden met het veiligheidsgevoel van voetgangers en fietsers door ook andere maatregelen te nemen", aldus Dekeukeleire. "In natuur- en buitengebieden moeten we dan weer zo veel mogelijk de duisternis behouden en donkere netwerken van beek- en riviervalleien creëren." 

Een groep experten gaat aan de slag met de bevindingen uit de studies en schrijft een praktijkgids uit met verlichtingstips voor lokale besturen. Die zal eind 2023 beschikbaar zijn via de websites van de provincies.

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.